Fabeltjes over zwangerschapstesten

Soms hoor je van alles over zwangerschapstesten. Brabbels zet de fabeltjes en feiten op een rij voor je.

Een blaasinfectie kan een zwangerschapstest verstoren

Niet waar, een blaasinfectie heeft geen invloed op een zwangerschapstest. Deze meet het hCG hormoon en dat raakt niet verstoord door eiwitten in de urine.

Wanneer je borstvoeding geeft kun je niet testen

Niet waar, borstvoeding heeft geen effect op een zwangerschapstest. Deze fabel is waarschijnlijk ontstaan doordat je de eerste maanden na een zwangerschap niet kunt testen doordat er dan nog te veel zwangerschapshormonen in je bloed zitten. Hierop slaat iedere test aan waardoor een test altijd aangeeft dat je zwanger bent. Ook wanneer je dat niet bent.
Het is overigens ook een fabeltje dat je niet zwanger kunt raken wanneer je borstvoeding geeft. De kans dat je zwanger raakt is een stuk kleiner maar borstvoeding is geen anticonceptiemiddel!

Wanneer je negatief test ben je niet zwanger

Niet waar, zeker als je vroeg test. Een zwangerschapstest meet de hoeveelheid zwangerschapshormoon (hCG) in jouw urine. Je begint pas met het aanmaken van hCG op het moment dat het vruchtje innestelt. Een aantal dagen daarna kun je pas testen. Op de dag dat je zou moeten menstrueren heb je ongeveer 75% kans om een zwangerschaps te meten. Pas een week later is de test pas echt 99% accuraat in het detecteren van een zwangerschap. Als je negatief test dan ben je dus waarschijnlijk niet zwanger maar mocht je menstruatie toch uitblijven dan kun je het beste een week later nogmaals testen

Wanneer je positief test kun je ook niet zwanger zijn

In theorie is dit waar. maar in de praktijk niet echt. Het is mogelijk om een verkeerde uitslag te krijgen maar in de praktijk is deze kans heel klein. Als je vroeg, of laat in je periode positief test dan kun je er echt van uit gaan dat je zwanger bent !