Gezond zwanger deel 2

Voor velen is een gezin een grote wens maar in de eerste aflevering werd al duidelijk dat het krijgen van kinderen niet áltijd zo vanzelfsprekend is. Voor nieuw leven zijn in ieder geval een gezonde (mannelijke) zaadcel en een gezonde (vrouwelijke) eicel noodzakelijk. Maar minstens zo belangrijk is dat de versmolten zaad-eicel zich gedurende negen maanden in een veilige omgeving kan ontwikkelen tot een nieuw mensje met alles er op en er aan.

Jaarlijks worden tegenwoordig in Nederland ongeveer 200.000 baby's geboren en iedere keer weer gaat daar een bijzonder ingenieus proces aan vooraf. Het fijne weet nog steeds niemand maar feit is dat in verreweg de meeste gevallen alle organen en systemen aangelegd zijn zoals het hoort. De meeste baby's presenteren zich dan ook zonder problemen. Anderzijds gaat dit proces niet vanzelf. Voor een gezonde en complete baby zijn bouwstoffen en een goed werkend regelmechanisme nodig dat correcties kan aanbrengen wanneer iets niet helemaal gaat zoals het zou moeten gaan. Dit gebeurt allemaal in het lichaam van de moeder. Zij moet er van het begin af aan voor zorgen dat de ongeboren baby geen tekorten oploopt. Ook dient de foetus te worden beschermd tegen allerlei schadelijke invloeden uit de omgeving. Een goede gezondheid en een gezonde leefstijl leveren een zeer belangrijke bijdrage aan een voorspoedige zwangerschap en een welgeschapen zoon of dochter. Ze beperken het risico die eventuele schadelijke stoffen zouden kunnen veroorzaken. Een eventuele kans op complicaties in de zwangerschapsperiode is dus goed terug te dringen. Anders gezegd: de aanstaande moeder kan er zelf alles aan doen om de zwangerschap een prima start te geven, niet alleen vanaf het prille begin van de zwangerschap maar zelfs al daarvoor, Dit alles wordt nog eens bevestigd door een recent onderzoek van het Erasmus Universiteit waaruit blijkt dat een ongezond leven een grotere kans biedt op een problematische zwangerschap waarbij de baby zich minder ontwikkelt in de buik van de aanstaande moeder.

Een gezonde levensstijl betekent in de eerste plaats gezonde voeding. De juiste voeding van hoogwaardige kwaliteit is al ruim voor de zwangerschap van cruciaal belang. Deze voeding kan ervoor zorgen dat we juist die vitaminen en mineralen (micronutriënten) binnen krijgen die erg belangrijk zijn voor het zo goed mogelijk functioneren van ons lichaam, Micronutriënten spelen een essentiële rol in het functioneren van onze cellen. Ook vormen ze de centrale componenten van de vele enzymen in ons lichaam. Dit is natuurlijk altijd belangrijk, maar van extra groot belang wanneer er sprake is van een kinderwens. In de periode voor de eisprong en de daaropvolgende zwangerschap is er een toegenomen behoefte aan vitaminen en mineralen om een snelle groei van placenta, foetus, baarmoeder en borsten mogelijk te maken. Aan die vraag kan het lichaam bij voldoende en gezonde voeding in de meeste gevallen ruimschoots voldoen.

Hieronder volgen de belangrijkste micronutriënten: Vitamine D. Deze vitamine dient al vóór de pubertijd van de jonge vrouw in voldoende mate aanwezig te zijn. Tekorten aan vitamine D kunnen namelijk leiden tot de 'Engelse ziekte'. Dit is een aandoening waarbij de botten onvoldoende verharden zodat er vervormingen aan het bekken kunnen ontstaan. Een natuurlijke bevalling is dan niet meer mogelijk. Zink. Tekort aan zink kan leiden tot ondergewicht van de baby met alle gevolgen van dien. Zo'n 80 procent van de baby’s die overlijden in de periode van 22 weken zwangerschap tot 7 dagen na de geboorte (de zogeheten perinatale periode) hebben een laag geboortegewicht. Uit onderzoek blijkt dat het geboortegewicht van de kinderen toeneemt als zink wordt toegediend aan vrouwen met een laag zinkgehalte in het bloedplasma. Verder is zink, evenals magnesium van belang bij de vorming van (geslachts)hormonen. Zij kunnen hun functie (het regelen van processen in de lichaamscel) alleen maar uitoefenen wanneer zij gebonden zijn aan specifieke “ontvangers” die zich op de wand van de lichaamscellen bevinden. Vitamine B12. Deze vitamine dient niet alleen om de kans op onvruchtbaarheid te verminderen, maar ook om een miskraam te voorkomen. Het is een onmisbare stof voor de normale celdeling en eiwitaanmaak. Gedurende de zwangerschap wordt de mogelijkheid om vitamine B12 op te nemen minder. Maar wanneer er voldoende in de voeding van de moeder is, hoeft dit geen problemen te geven. Strenge vegetariërs kunnen een tekort ontwikkelen doordat vitamine B12 met name in dierlijke producten voorkomt. In het Moermandieet is de eidooier en de karnemelk ruim vertegenwoordigt dus geen zorgen over een tekort wanneer u het Moermandieet volgt.

Een tekort aan vitamine B12 en foliumzuur (B9 of B11) kan afwijkingen aan het centrale zenuwstelsel van de baby veroorzaken, zoals het 'open ruggetje'. Maar ook de zogenaamde 'hazenlip', in de medische wereld: schisis genoemd. Zwaarlijvigheid, insulineresistentie en een hogere bloeddruk op kunnen op middelbare leeftijd het gevolg zijn van B12-tekorten tijdens de zwangerschap. Weliswaar beschikken we over een voorraadje vitamine B12 in ons lichaam voor ongeveer 3 jaar maar we merken een tekort pas als die voorraad op is en wanneer het dus te laat is. Vitamine A. Deze vitamine is belangrijk voor een normale groei en voor een goede gezondheid van ogen en huid. Tijdens de zwangerschap is er niet meer vraag naar vitamine A. Eerder moet een zwangere vrouw opletten dat ze niet te veel vitamine A binnenkrijgt omdat die vet afbreekt. Uitkijken derhalve met orgaanvlees, waarin veel vitamine A zit, en met sommige vitaminepreparaten.

Foliumzuur is een vitamine van de B groep, vroeger bekend onder de naam vitamine B11. Het wordt ook wel B9 genoemd in Frankrijk, Duitsland en de Verenigde Staten van Amerika. Deze vitamine is essentieel voor een normale stofwisseling, weefselvernieuwing en groei. Een tekort leidt tot onvoldoende DNA-aanmaak en herstel. Mogelijke gevolg zijn haar- en vaataandoeningen, aanlegstoornissen van de neurale buis (het centrale zenuwstelsel, de hersenen en het ruggenmerg) en zwangerschapscomplicaties. Dat is dan ook de reden dat geadviseerd wordt om geruime tijd (het liefste zo'n zes weken) voor de aanvang van de zwangerschap te zorgen dat er voldoende folaat (foliumzuur) ingenomen wordt. Via de voeding is het lastig om voldoende folaat op te nemen. Het zit er wel in maar er gaat veel verloren bij de bereiding om de simpele reden dat het een instabiele stof is. Vitamine B6. Deze vitamine is heel belangrijk voor de aanmaak van eiwitten, koolhydraten en vetten plus de rode bloedcellen en het immuunsysteem. De zwangerschap zorgt voor een extra vraag naar vitamine B6. Extra vitamine B6 wordt ook aanbevolen bij misselijkheid en braken.

Vitamine C. Belangrijk voor heel veel lichaamsprocessen. Omdat het volume van het bloedplasma gedurende de zwangerschap toeneemt, daalt het vitamine C niveau met 10-15%. Dit is zonder probleem op te vangen door voldoende verse groenten en vruchten te gebruiken in en naast de dagelijkse maaltijden. Omdat het vitamine C actief naar de foetus wordt getransporteerd dient men op te passen met doseringen van 1 gram en meer. Voor het transport van vitamine C, via de placenta naar het bloed van de foetus, wordt energie beschikbaar gesteld. De overdracht stopt dus niet wanneer de hoeveelheid C in de foetus een hogere concentratie bereikt dan in het bloed van de moeder. In de volgende aflevering wordt u uitgelegd hoe de placenta functioneert als 'uitwisselingsorgaan' tussen moeder en kind. Hierin kunt u lezen dat de meeste stoffen tussen moeder en foetus worden uitgewisseld op basis van concentratieverschillen (diffusie). Dit geldt niet voor o.a. vitamine C. Het gevolg hiervan is dat er bij een hogere vitamine C inname er meer vitamine C beschikbaar is om aan de foetus over te dragen.

IJzer. IJzertekort komt wereldwijd heel veel voor, in alle sociale klassen. Zo'n 10 tot 20 procent van de (jong) volwassen vrouwen heeft een ijzertekort. Er zijn meerder redenen waarom tijdens de zwangerschap extra ijzer nodig is. Zowel de placenta als de ongeboren vrucht (de foetus) vragen om ijzer. Een niet-zwangere vrouw heeft 15 mg ijzer per dag nodig, een vrouw die in verwachting is het dubbele. De mogelijkheid om ijzer op te nemen wordt minder door de gelijktijdige aanwezigheid van melk, koffie of thee. Vitamine C, aanwezig in bijvoorbeeld vers vruchtensap, helpt een handje bij de opname van ijzer.

Calcium (kalk). De vraag naar calcium neemt gedurende de zwangerschap sterk toe omdat de foetus deze stof nodig heeft voor de vorming van het gestel. De foetus is in staat om in alle omstandigheden voldoende calcium uit het bloed van de moeder te halen. Om te zorgen dat de moeder geen tekort krijgt, moet er dus ruim voldoende calcium via de voeding ingenomen worden. Choline. Dit micronutriënt is een belangrijke stof voor de foetus tijdens de zwangerschap. Van groot belang voor de ontwikkeling van de hersenen en de zenuwen. Ook deze stof wordt actief getransporteerd naar de foetus met als mogelijk gevolg dat de moeder een tekort oploopt. Voldoende aanwezigheid van choline verbetert geheugen en concentratie. Choline komt in ruime mate voor in eieren (zie ook Uitzicht 5) tevens in vis, tarwe, en groenten. Het zit niet standaard in alle multivitamines.

Ondanks de nodige voorzorgsmaatregelen kan er natuurlijk toch nog van alles misgaan. Zo treden bij 2 tot 3 procent van alle baby's aangeboren (congenitale) afwijkingen op die herkenbaar zijn. Als de afwijking volledig erfelijk is bepaald, treedt er áltijd een afwijking op, ook al is de omgeving normaal. Maar zijn de genen niet erfelijk belast, dan is een afwijking puur het gevolg van omgevingsfactoren. Dat wordt treffend geïllustreerd door het gegeven dat bij zwangerschappen die starten in het vroege voorjaar, meer aangeboren afwijkingen voorkomen dan bij zwangerschappen later in het jaar. Waarschijnlijk worden die afwijkingen veroorzaakt door voedingstekorten van de moeder gedurende het eind van de winter. Dat wordt nog een bevestigd door onderzoek waaruit blijkt dat eventuele risico’s tijdens de zwangerschap kunnen verdwijnen door voeding van goede kwaliteit!

Bronnen: (L. Silva. Proefschrift: Zwangerschapsvergiftiging.) (Ashworthe C.J. et al. Reproduction; 2001; 122: 527-535) ( Ebisch IM et al.Int J Androl 2006; 29 (2): 339-45 en Paradiso Galatioto G et al. World J Urol. 2008; 26(1): 97-102). (Annual Meeting of the Society for the study of Reproduction July 18 to 22 2009, D.L. Lawrence Convention Centre in Pittsburg).en. (Pront R et al. Andrologia 2009; 41(1): 46-50) en Molloy AM et al. Food Nutr Bull. 2008; 29(2 suppl): S101-11 discussion S112-5) (Nutr Rev 1992 Jan;50(1):22-4; MMWR Morb Mortal Wkly Rep 1991 Aug 2;40(30):513-6). (Jensen CD et al. Cancer Causes and Control 2004; 18: 559-570 en Kwan ML et al. Public Health Rep. 2009; 124(4): 503-14). (Liu CJ et al. BMC Cancer 2009;9: 15) Dit artikel komt uit het ledenblad 'Uitzicht' van de Moermanvereniging. http://www.moermanvereniging.nl

Interessante forumvragen

 

Alle artikelen over 'Zwangerschapsklachten, kwaaltjes en gezondheid'